waarom de kleine dingen voor een beter klimaat wél tellen

Waarom kleine dingen tellen voor het klimaat

waarom de kleine dingen voor een beter klimaat wél tellen

Waarom kleine dingen tellen voor een beter klimaat

 

Acht uur na het eten. Vaste prik bij mijn ouders thuis om het journaal te kijken. Henny Stoel en Harmen Siezen: ik ben met ze opgegroeid. Inmiddels is alles veranderd en heb ik al lang een gezin voor mezelf, maar het nieuws? Dat keek ik nog vaak. Tot voor kort in ieder geval.

 

Nog niet eens zo lang geleden bekroop me na het zien van het achtuurjournaal een heel slecht gevoel. Ik weet niet eens meer of er een item voorbij kwam over nog een mislukte klimaattop, plastic soep, bijensterfte, toenemende CO₂-uitstoot of een overstroming of orkaan als gevolg van de opwarming van de aarde.

 

Noem het een soort vluchtgedrag, hypocrisie of zelfbescherming, maar het liefst wilde ik de tv uitzetten. Net of ik het slechte nieuws over de wereld niet meer aanhoren kon. Gewoon uit een gevoel van pure machteloosheid. Ik had naar mijn idee − met wat korter douchen en wat vaker de fiets pakken − toch geen invloed op klimaatverandering.

 

Had ik het even mis. Ik ben er inmiddels van overtuigd dat de inspanning van een individu er wel toe doet. En dat hetzelfde geldt voor de kleine dingen die je verandert in je dagelijks leven. Here is why.

1. Van de een op de ander wordt duurzaamheid de nieuwe norm

Ik las – ook nog maar kort geleden – een van de boeken van Berthold Gunster. Direct was ik fan van zijn ‘omdenken’. Mag ik je eens meenemen in een gedachte-experiment? Eentje over het klimaat uiteraard. Daar komt ie.

Wat als we van klimaatverandering een ‘goed’ maken in plaats van een ‘fout’? En we in de klimaatcrisis niet zozeer het probleem als uitgangspunt nemen, maar juist de kans zien? Misschien vinden we er wel een betere wereld mee uit.

 

Op diezelfde manier kun je ook kijken naar je eigen invloed op klimaatverandering. Je kunt denken: het probleem is te groot, mijn inspanningen zijn te klein en maken daardoor niet het verschil.

 

Alleen levert het veel meer op als je een andere overtuiging zou kiezen. Wat gebeurt er als jij gaat zien dat je een aandeel hebt in het geheel? Stel je eens voor welke kant het op gaat als jij én de mensen om je heen kleine stapjes zetten voor een beter klimaat?

 

Duurzaamheid zou zo de nieuwe norm worden. In uitvoering door de massa en compleet normaal bevonden. Iets wat je doet, elke dag.

2. Kleine stappen voor een beter klimaat worden vanzelf groter

Recyclen, vleesminderen, plastic mijden. De dagelijkse keuzes die je maakt voor een beter klimaat lijken misschien klein. Maar ze zijn een perfecte voedingsbodem voor meer klimaatbewustzijn. Ik noem het daarom machtig kleine stapjes. Kleine dingen die ook nog eens vanzelf groter worden.

Bij mij ging het in ieder geval precies zo. Mijn gevoel voor verantwoordelijkheid voor het klimaat is voor de hand liggend en klein begonnen. Ik was er echt niet elke dag mee bezig. Maar al snel tipte iemand me haarzeep te gebruiken in plaats van plastic flessen met shampoo en dacht ik bij alles na – tot nog boven de afvalbak − of ik het niet kon hergebruiken of maken in plaats van weggooien (ik weet het: ik ben de uitzondering. In ieder geval tot het moment dat duurzaamheid de nieuwe norm is ;).

 

Om even op mijn punt terug te komen: kleine stappen voor een beter klimaat maak je in je hoofd vanzelf groter. Je past je gedrag elke dag een beetje aan en ineens is die droom van het rijden van een elektrische auto niet meer zo ver weg. Je vergroot steeds wat meer de cirkel van invloed die je hebt. Heel geleidelijk, zonder dat je daar naar je gevoel op inboet. Sterker nog: je kunt er een heel goed gevoel van krijgen.

3. Wél wat doen voelt veel beter dan ‘niets’ doen

‘You’re either part of the solution or part of the problem’. Ooit van gehoord? En kies je dan voor de oplossing of het probleem? Het standpunt dat je inneemt maakt nogal veel uit. Voor de planeet en zeker ook voor jouw gevoel.

 

Neem nou machteloosheid, boosheid en angst. Machteloosheid en je afvragen waar we met zijn allen nou in godsnaam mee bezig zijn. Boos zijn op de groten der aarde omdat ‘ze’ te weinig ondernemen. Angst voelen omdat er niets lijkt te veranderen en ‘het misschien allemaal sowieso te laat is’.

 

Het zijn negatieve gevoelens die niet alleen je dag minder mooi maken, maar die je ook doen neerleggen bij de situatie. Daarnaast is de kans groot dat ze ertoe leiden dat je veel minder doet dan je kunt. Of dat je ‘niets’ doet. Terwijl wél wat doen meer oplevert en vast beter voelt. Toch? Hoe sta jij hierin?

Hoe maak je een vegetarische maaltijd zonder wat te missen op je bord

Hoe kook je vegetarisch zonder wat te missen op je bord?

Hoe maak je een vegetarische maaltijd zonder wat te missen op je bord

Hoe kook je vegetarisch zonder wat te missen op je bord?

 

Ben je gewend aan vlees of vis op je bord? Is een vegetarisch of veganistisch eetpatroon nog een stap te ver? Cold turkey overstappen hoeft echt niet …

 

‘Vleesminderen’ maakt ook al veel uit voor het klimaat en elke maaltijd telt. Ik geef je daarom vijf tips die je op weg helpen naar een vegetarische of zelfs plantaardige maaltijd.

 

Hieronder vind je een aantal handigheidjes waarmee je in de keuken gemakkelijk aan de slag kunt. Zonder een definitief afscheid van een van je eetgewoontes (dat kan later alsnog ; )

 


 

Tip 1: Mis niets (en dat is heel gemakkelijk)

Bedenk dat er altijd een alternatief is voor vlees of vis. En dat je elk (ja, elk!) lievelingsgerecht vegetarisch of veganistisch kunt bereiden (echt waar, zelfs vis- of vleesgerechten zoals paella of steak).

 

Online vind je er alles over: het is maar net hoe ver je wilt gaan. Zoek maar eens op je favoriete gerecht met de toevoeging ‘vegetarian’ of ‘vegan’. Er zijn duizenden recepten te vinden: van eenvoudige, snelle gerechten tot culinaire hoogstandjes (waar je misschien nog niet je vingers aan wilt branden).  Je zult echt versteld staan!

 

Daarnaast is er nog een reden om niets te missen. Als je vaker plantaardig eet hoeft, het je niet aan de juiste voedingsstoffen te ontbreken. Voor je gezondheid heb je niet elke dag vlees of dierlijke producten zoals kaas of zuivel nodig. Je kunt je voedingsstoffen veelal uit groenten, noten en peulvruchten halen om aan vitamines en mineralen binnen te krijgen wat je nodig hebt. Zeker als je zorgt voor afwisselende maaltijden, zoals het Voedingscentrum aangeeft.

 

Je doet er alleen wel goed aan om extra te letten op de vitamine B12. In principe komt deze vitamine alleen voor in dierlijke producten. Daarom voegen producenten vitamine B12 toe aan veel vleesvervangers en plantaardige melk- en yoghurtsoorten en nemen sommige vegans de vitamine als supplement.

 

Maar goed, als je nog aan het ‘vleesminderen’ bent (als een soort flexitariër net als ik) dan krijg je met je andere maaltijden nog vitamine B12 binnen via vlees of vis.

 


 

Tip 2: Laat niet zomaar je vlees of vis ‘weg’

Simpelweg geen vlees of vis meer op je bord leggen. Dat klinkt best logisch zo op het eerste gezicht. Maar door gewoon vlees of vis te schrappen, krijg je in feite een bord voorgeschoteld dat ‘leger’ lijkt. Daar word jij natuurlijk niet blij van en grote kans dat niemand aan tafel ermee akkoord gaat. En dat gezellig samen eten waar je voor hebt staan koken? Dat is dan ineens snel van tafel geveegd : (

 

Ook ziet je bord er niet per se uitnodigend uit als je vlees of vis zomaar achterwege laat (een lepel stamppot met … nog meer stamppot) of levert het je een maaltijd op waarvan je direct opnieuw honger krijgt (saaie spaghettislierten met tomatensaus).

 

De oplossing is simpel: laat niet weg, maar vervang. Eiwitten of proteïnen in vlees kun je vervangen door eiwitrijke bronnen uit de plantaardige keuken. Denk aan noten, peulvruchten en soja die niet alleen voedingsrijk zijn, maar je ook een verzadigd gevoel geven. Of als je het nog gemakkelijker wilt: in bijna elke grote supermarkt zijn plantaardige varianten van dierlijke producten te koop.

 


 

Tip 3: Maak meer groente klaar

Aardappelen, groente en vlees. Gehakt op woensdag en vis in het weekend. Lange tijd heeft de Nederlandse keuken daaruit bestaan. Alleen nu loop je met het idee rond om vlees wat vaker van je menu te schrappen.

 

Wat blijft er dan over? Aardappelen en groente. En in mijn geval zelfs alleen de groenten, omdat ik koolhydraatarm eet. Wat dan helpt is om met groentegerechten extra uit te pakken en bijvoorbeeld twee of drie verschillende soorten of bereidingen op tafel te zetten (ook een pot doperwten uit de kelder kan trouwens gewoon een goede aanvulling zijn). Het leuke is dat groente zich heel goed voor leent voor variatie. Neem nou pompoen. Je kunt er zo’n beetje alles mee: soep maken, koken, roosteren, pureren, wokken en stomen.

 

Extra tip: voedingswaardetabellen laten zien dat groente en andere plantaardige voeding minder calorieën bevatten dan dierlijke producten, zoals ei, kaas of vlees. Zo bevat 100 gr half om half gehakt 252 kcal en dezelfde hoeveelheid kikkererwten slechts 119 kcal in bereide vorm. Om dezelfde brandstof voor je lichaam binnen te krijgen, doe je er daarom goed aan om op te bouwen naar het eten van wat grotere porties.

 


 

Tip 4: Misleid je mond een beetje (met wat op vlees lijkt)

Zoete aardappel- of falafelballetjes, burgers van linzen, kikkererwten of andere groente. Het helpt – zeker als je net de stap maakt naar meer plantaardige voeding – om nog wat aan de structuur van vlees vast te houden. Dit soort producten, of ze nou gekocht zijn of zelfgemaakt, komen in de buurt van hoe vlees eruit ziet, voelt en smaakt.

 

Je houdt er je ogen en mond bij wijze van spreken een beetje mee voor de gek. Maar als het lekker, gezond en goed voor het klimaat is, dan is dat volgens mij niet zo erg. Toch?

 

Er zijn ook andere manieren om eten klaar te maken met wat op vlees of vis lijkt. Pas kookte ik voor vrienden en maakte ik lekkere pulled pork voor ze klaar. Tenminste daar leek het op. In werkelijkheid was het jackfruit uit blik dat als vrucht van nature een vlezige structuur heeft. Samen met een groene salade werd het een maaltijd om van te smullen.

 

Op dezelfde manier kun je jezelf een beetje voor de gek houden met gehakte noten die je kort grilt: ze gaan prima door voor krokant gebakken spekblokjes. Noten en zaden zijn sowieso lekker om in allerlei variaties in huis te hebben (ze zijn ook geweldig als ‘topping’ voor een salade of die stamppot uit tip 2).

 


 

Tip 5: Begin simpel en klein

Mijn laatste tip houd ik eenvoudig. Maak het jezelf niet te moeilijk als je meer plantaardig wil eten, maar begin simpel en klein. Breken met een eetgewoonte is al lastig genoeg. Als afsluiter nog een paar tips om simpel en klein te beginnen:

 

• Kook vegetarisch als jij degene bent die kookt (zo kunnen eventuele andere gezinsleden langzaam wennen).

 

• Maak eerst je dagelijkse ontbijtje of lunch plantaardig. Je kunt bijvoorbeeld beginnen met het vervangen van vlees of kaas als broodbeleg  (voorbeelden van vegetarisch broodbeleg zijn avocado, pesto, humus, tomaat, komkommer en pindakaas met banaan).

 

• Vermijd vlees, vis, eieren en kaas in bijvoorbeeld snacks of salades of bij de borrel.

Meer machtig kleine stapjes?

Je kúnt invloed hebben op een beter klimaat. Gewoon met de dagelijkse dingen die je doet. Alleen waar begin je als individu? Schrijf je in voor de e-mails van climatechain. Je ontvangt regelmatig korte tips vanuit een positieve invalshoek die je helpen het klimaat de goede kant op te veranderen.